1. Uit een bamboebuis vijl je de tussenschotten volledig weg. Op deze foto is het tussenschot al opengemaakt en er is juist met in het rond vijlen begonnen.
2. De wijdste kopkant zaag je schuin af en het venster en de vensterbank snijd en vijl je op maat. Het windkanaal (zie foto) vijl je recht boven het venster.
3. Aan de kanaalzijde snijd je een vlakke kant.
4. Je maakt, eerst nog geholpen door een gezel, de toon al luisterend zo mooi mogelijk.
5. De juiste grondtoon bereik je door inkorten (aangezien de fluit altijd aan de lange kant is) en luisteren.
6. Je boort en vijlt of snijdt elk vingergat terwijl je steeds luistert of je de juiste toon al hebt bereikt.
7. Je versiert de fluit naar eigen smaak en brengt nog een extra beschermlaag van politoer aan.
Het maken van een bamboefluit past binnen een compleet muziekpedagogisch systeem. Zie hiervoor de pagina Bespelen